“Nederland kan pionier zijn op het gebied van duurzaamheid”
Ze begon als lerares, werd toen ontwerpster en nu runt ze een internationaal technologiebedrijf: DNHK-lid Meiny Prins. Als CEO van Priva in De Lier zet zij maatstaven met innovatieve oplossingen voor energiezuinige klimaatbeheersing in gebouwen, in de glastuinbouw en in de industrie. Winst? Komt op de tweede plaats! De 57-jarige heeft een missie: van Nederland een pionier maken op het gebied van duurzaamheid. Niet alleen haar visie op “Sustainable Urban Deltas” is inspirerend, ook haar personeelsbeleid.
Mevrouw Prins, u wilt van Nederland de groenste metropool ter wereld maken. Dat moet u ons uitleggen! Wat bedoelt u met “Sustainable Urban Deltas”?
Veel grote steden liggen aan rivierdelta’s met toegang tot de zee en het achterland. Ze groeien ongelooflijk snel. In de komende vijftien jaar zal meer dan zestig procent van de wereldbevolking in megasteden leven. De visie van ‘Sustainable Urban Deltas’ is geboren toen ik me realiseerde dat steden weer de verantwoordelijkheid moeten nemen voor de voedselproductie van de mensen die er wonen. Precies zoals het vroeger was.
Waarom is dat zo belangrijk?
De manier waarop voedsel vandaag wordt geproduceerd is dramatisch. In sommige landen gooien we bijna de helft ervan weg. In Californië gebruiken we water dat er niet is om sla te verbouwen om het vervolgens naar de oostkust te transporteren. We sturen gesubsidieerde tomaten naar Afrika, zodat de volgende generatie daar geen mogelijkheid meer ziet om met het boerenbedrijf door te gaan. We hebben er een zootje van gemaakt – en dat heeft een enorme impact op ons klimaat. We kunnen deze problemen oplossen. Maar we moeten snel en serieus te werk gaan.
Wat is er voor nodig?
We moeten de groene gordels rond de metropolen integreren in de stedelijke ontwikkeling en met hightech-oplossingen nieuwe kringlopen creëren. In de praktijk kan dit betekenen dat kassen warmte leveren aan een woonwijk. Afvalwater wordt hergebruikt voor de voedselproductie. Nieuwe bouwmaterialen worden gemaakt van afval en de supermarkt om de hoek wordt door indoorfarms voorzien van groenten. Efficiënte energie- en waterstromen, duurzame voedselproductie en intelligente logistieke systemen kunnen steden tot drijvende krachten van duurzaamheid maken. Het gaat om een ander manier van business die innovatie en ondernemerschap binnen stedelijke grenzen kan stimuleren.
En Nederland kan hier een voorbeeld in zijn?
Absoluut. Nederland lijkt in vogelvlucht op een stad met meer dan een miljoen inwoners in een rivierdelta – een agglomeratie ten noorden van Alkmaar tot ten zuiden van Eindhoven. In die zin is het Westland, het tuinbouwhart van Nederland, een ‘stadslandbouw’. Dat maakt Nederland de groenste stad ter wereld.
U heeft een visie, wat ontbreekt er nog in Nederland?
Als je andere steden wilt inspireren, moet je ze iets kunnen laten zien. Zo werkt het ook in het ondernemerschap: ik kan alleen een bedrijf in Duitsland opzetten als ik referentieprojecten heb. Nederland moet daar nog aan werken, maar dan kunnen we die voortrekkersrol in de wereld op ons nemen. Waarom? Omdat ons land goed is in het ontwikkelen van holistische oplossingen en in het betrekken van mensen daarbij. We hebben al zoveel technische innovaties die ons tot een rolmodel voor duurzaamheid in de wereld kunnen maken – we hoeven ze alleen maar met elkaar te verbinden. Daarvoor hebben we echter politici met visie nodig.
Priva is lid van de Duits-Nederlandse Handelskamer. Welke weerklank krijgt uw initiatief in Duitsland en Nederland?
Laat ik het zo zeggen: het verhaal van de ‘Sustainable Urban Deltas’ wordt goed ontvangen en zal worden geïntegreerd in de nieuwe branding van Nederland. Maar als de politieke ambities niet verder gaan dan vier jaar, zullen we niets bereiken. Duitsland levert zeer grote inspanningen op het gebied van de energietransitie. Wij praten nog over uitbreiding van ons centrale elektriciteitsnet, zodat we onze zonne-energie aan het net kunnen leveren. Maar waarom het centrale elektriciteitsnet? Ben je gek! Ik wil mijn buren van energie voorzien. Er moeten decentrale oplossingen worden gevonden.
U kijkt verder in de toekomst. Was de mogelijkheid om wereldwijde veranderingen te initiëren een reden voor u om in 2002 toe te treden tot het familiebedrijf?
Het beste van een familiebedrijf is dat je echt samen nieuwe dingen kunt beginnen. Je hoeft de winst niet te delen met de aandeelhouders. Je kunt zelfstandig groeien en innovaties een kans geven. Mijn motivatie was vooral mijn liefde voor de marktsegmenten waarin Priva actief is. Nieuwe technologie maakt me enthousiast en internationale klanten zijn natuurlijk het mooiste wat je kunt ervaren. Dit verrijkt mij en het bedrijf. Duitsland was overigens een van de eerste landen waarnaar Priva internationaal exporteerde op het gebied van procesbeheersing in gebouwen.
Met succes?
Duitsland is de markt van Siemens. Je kunt niet verwachten dat je snel marktaandeel zult winnen. Onze landen lijken veel op elkaar, maar er zijn grote verschillen in de details. We moesten eerst uitzoeken wie überhaupt bepaalt welke klimaatcomputer aangeschaft wordt. Vandaag de dag draaien we het proces om en zijn we op zoek naar de meest innovatieve bedrijven om mee samen te werken. We zien nog steeds veel potentieel voor ons in de energiesector – ook daar waar tuinbouw en procesbeheersing in gebouwen elkaar ontmoeten – bijvoorbeeld in de medische cannabisindustrie.
Priva is een doelgerichte organisatie. Werd u in eerste instantie gezien als idealist?
Natuurlijk. Zelfs medewerkers waren sceptisch toen ik zei dat Priva in de ‘Sustainable Urban Deltas’ groeit. Ze zeiden: “goed, maar hoe verdienen we er onze boterham mee?” Om eerlijk te zijn, dat wist ik eerst niet zo goed. De visie groeit en wordt steeds duidelijker. Je moet jezelf deze tijd gunnen. Op de tekentafel kun je geen strategie meer opstellen, omdat de wereld te snel verandert. Flexibiliteit is cruciaal.
Priva is nu een van de dertig toonaangevende onderzoeks- en ontwikkelingsbedrijven in Nederland. Wat moet er hier en in Duitsland nog meer worden gedaan om innovatie te bevorderen?
We hebben al ongelooflijk veel technologische oplossingen – als we ze allemaal zouden gebruiken, zouden we over vijf jaar geen problemen meer hebben. Het grootste obstakel is de mens zelf. Hoe snel kunnen we leren omgaan met nieuwe technologie? Innovatie is zo snell als een hogesnelheidstrein – en we kruipen er als slakken achteraan.
Bijna elk tweede groot gebouw in Nederland heeft Priva-technologie. Achter de slimme oplossingen zitten slimme koppen – maar zij zijn niet gemakkelijk te vinden. Hoe brengt Priva talent in huis?
We zitten in De Lier. Hier komt per uur één bus langs. Het is niet zo hip als Amsterdam of Hamburg. Dat maakt het des te belangrijker dat onze producten wel cool zijn en dat mensen ze verder willen ontwikkelen. Ook de missie van het bedrijf wordt steeds belangrijker. Talenten worden aangetrokken door de visie die we hebben en uitstralen. Goede voeding en conditie zijn ook belangrijk voor mij – daarom hebben we een chef-kok die gezonde lunches bereidt, tafeltennistafels en een fitnessruimte die acht sportlessen per week aanbiedt. We vertrouwen op zelfsturende teams en 360 graden feedback.
Flexibele werktijden, vlakke hiërarchieën en yoga in de lunchpauze – veel managers zien dit als een voordeel voor hun medewerkers, maar vragen zich af of dit het bedrijf ook vooruit zal helpen.
Mensen vormen een bedrijf. Ik bied alleen de ruimte om samen iets te creëren. Als je mensen verantwoordelijkheid geeft, maken ze steeds vaker gebruik van deze mogelijkheid en halen ze er energie uit. Toen we onze R&D afdeling gingen herstructureren, vroegen we aan de collega’s zelf: “hoe zou je jezelf organiseren als je zelf kon beslissen?” Ze kwamen met een plan en we hebben het samen uitgevoerd. Op dit moment werken we met een R&D team van meer dan 120 medewerkers – als goede medewerkers tevreden zijn, trekken ze nieuwe aan.
U stelde de kwestie van de verantwoordelijkheid aan de orde. Is dat de reden waarom elk van uw medewerkers een aandeel heeft in het bedrijf?
Ja, iedereen heeft een aandeel. Op deze manier bouwen de medewerkers een stuk waarde voor zichzelf op. Zij merken dat zij zelf medeverantwoordelijk zijn voor het succes. Dit is mooi en zorgt voor een heel ander soort betrokkenheid. Mijn doel is om mensen te stimuleren, met elkaar in contact te brengen en te vragen: doe je mee? We leren samen en dat is ook een onderdeel van onze business development.
Hoe bedoelt u dat?
We groeien snel en onze grootste uitdaging op dit moment is: wat doen we hiermee? Wij leveren klimaatcomputers aan honderd landen, wat betekent dat we klanten en installateurs moeten opleiden. De vraag is: in hoeverre kunnen we digitalisering en de jonge talenten die op een heel andere manier met leren omgaan, gebruiken? Ook onze Academy en Customer Support Center – waar we alle klanten internationaal ondersteunen door ze met elkaar te verbinden – zijn nieuw voor Priva. We ontwikkelen ons samen verder en investeren in een nieuwe basis voor een digitale wereld op weg naar het vervullen van onze grote missie.
Tekst: Ruth van Doornik
Fotos: Verse Beeldwaren