Altijd een fiets
Swapfiets, de Nederlandse aanbieder van abonnementsfietsen, is inmiddels in bijna vijftig steden en vier landen actief en heeft ruim 130.000 fietsers op weg geholpen. 2019 is het jaar voor Duitsland.
De omafietsen met de felblauwe voorbanden, het herkenningsteken van Swapfiets, vallen meteen op in de wirwar van fietsen in de Nederlandse steden. Co-founder Steven Uitentuis beklemtoont dat de Swapfiets geen lease- of huurfiets is maar een abonnementsfiets: “Bij een lease gaat het namelijk om een product, maar bij ons gaat het om de service die je bij de fiets krijgt.” In geval van een aanlopend wiel, een lekke band, defecte verlichting of een kras op het frame komt de fietsenmaker binnen twaalf uur aan huis en repareert de fiets gratis. Dat garandeert Swapfiets. “Mochten we het niet in één keer kunnen repareren dan zorgen we dat je toch direct op weg kan gaan. Dus wisselen we de kapotte fiets gewoon om voor een andere en dat is dan je nieuwe fiets”, vertelt Uitentuis. “Swappen”,noemen ze dat zelf.
Studentikoze wortels
Swapfiets werd in 2015 opgericht door drie studenten van de TU Delft. Kort daarop voegde werktuigbouwkundige Steven Uitentuis zich bij hen. De eerste fietsen waren opgeknapte tweedehands fietsen. Inmiddels komen de twee fietstypes (er bestaat ook een luxe variant met zeven versnellingen) van de Nederlandse fietsenfabrikant Pon (Gazelle). Swapfiets heeft vestigingen in vijftig steden, verdeeld over Nederland, Duitsland, België en Denemarken.
Na crowdfunding door familie en vrienden schakelde Swapfiets al gauw over naar financiering door banken en durfinvesteerders. “De stormachtige groei pakken we systematisch aan – telkens met een lokale aanpak”, aldus Steven Uitentuis. ” Anders dan in het begin is het grootste deel van de abonnees geen student meer. Zelfs in een studentenstad als Amsterdam is dat nog maar 28 procent.
Ranglijst van fietssteden
Om de juiste prioriteiten voor hun uitbreiding te stellen, stelden de vier oprichters een lijst van 220 fietssteden in Europa op en vulden deze aan met belangrijke informatie over bijvoorbeeld de lengte van het fietspadennetwerk en het aantal fietswinkels. De algoritmische analyse van deze gegevens resulteerde in een rangschikking van potentiële nieuwe locaties. Elke locatiebeslissing wordt echter voorafgegaan door een bezoek en dit kan de rangschikking beïnvloeden. Aken, bijvoorbeeld, stond hoog op de lijst”, zegt Uitentuis, “maar we konden ter plaatse – onder andere door het heuvelachtige reliëf – zien dat andere steden beter geschikt waren voor Swapfiets”.
In Duitsland is Swapfiets tot nu toe actief in Aken, Berlijn, Braunschweig, Bremen, Dresden, Düsseldorf, Freiburg, Göttingen, Halle, Hamburg, Hannover, Heidelberg, Karlsruhe, Kiel, Keulen, Leipzig, Mannheim, München, Münster en Oldenburg. Duitse klanten krijgen overigens voor hetzelfde tarief de beter uitgeruste fietsvariant met zeven versnellingen, die in Nederland duurder is. De reden hiervoor is de strengere Duitse regelgeving voor verlichting en remsystemen, waarbij onder andere beide wielen geremd moeten kunnen worden. Omdat Swapfiets zijn structuur zo eenvoudig mogelijk wil houden, is voor Duitsland eenvoudigweg gekozen voor de betere variant.
Communicatie van groot belang
Swapfiets breidt haar activiteiten uit met lokale medewerkers en stuurt de onderneming aan met regionale managers en, in individuele gevallen, country managers. Wat hoog wordt gehouden, zoals in het begin, is een intensieve gesprekscultuur met veel bijeenkomsten. “We willen alles zo eenvoudig mogelijk houden en tegelijkertijd snel groeien. Het is dus belangrijk om voortdurend contact te houden.”
Een steeds betere fiets
Volgens Steven Uitentuis wordt het product Swapfiets steeds beter: “De fiets die we vandaag maken is beter dan de fiets van een jaar geleden. En ik durf te zeggen dat we volgend jaar een nog betere fiets gaan produceren”. Nadat een aantal fietsen een slag in het wiel kregen, zijn er nu stabielere velgen gemonteerd. De Swapfiets heeft de bagagedrager aan de voorkant om te voorkomen dat iemand er achterop meerijdt – want dat belast de fiets. “Als de fiets kapot gaat, moeten wij ervoor betalen. Met dat idee in je achterhoofd, zorg je ervoor dat je zo min mogelijk reparaties hebt.” Want zowel Swapfiets als de abonnee zijn gebaat bij een robuuste fiets die geen pech krijgt – én natuurlijk ook het milieu, want hoe langer een fiets meegaat, des te minder afval er ontstaat.
“2019 is het jaar waarin we ons op Duitsland concentreren”, aldus Uitentuis. “Hier liggen nog veel groeimogelijkheden. We verwachten dan ook dat we binnenkort meer Duitse dan Nederlandse klanten hebben.” Andere landen die in de toekomst aan het rijtje toegevoegd kunnen worden zijn Zweden, Engeland en Frankrijk.En zo wordt, meer dan 300 jaar na z’n bloeitijd, Delfts Blauw opnieuw een exporttopper – vooral richting Duitsland.
Text: Claas Möller
Foto: Swapfiets